Historie René Gillet.
Rene Gillet is geboren in Troyes als zoon van een spoorwegwerker. De familie was niet rijk. Er was geen geld voor een vervolgstudie voor René. Hij vertrok op 18 jaar naar Parijs en vond werk in een constructiewerkplaats. Later starte hij zijn eigen bedrijf.
Rene Gillet & Cie, Paris heeft motoren gemaakt van 1898 tot 1958. Op de Parijse Salon van 1902 werd een eenclinder motorfiets gepresenteerd en in dat jaar gingen de eerste motorfietsen in serieproductie. Decennia lang werden de Rene Gillet V-twin motorfietsen besteld voor het Franse leger. Het was de motorfiets bij uitstek vanwege zijn hoge betrouwbaarheid en duurzaamheid. Het 750 cc V-twin model (type G) werd voor het eerst gepresenteerd op de Parijse Salon in oktober 1921.
Wedstrijd.
In het begin van 1922 had het Franse leger een wedstrijd uitgeschreven om motorfietsen te evalueren met het oog op vervanging van de Britse en Amerikaanse motoren die sinds de eerste wereldoorlog in dienst waren geweest. Het idee was om een Franse fabrikant te vinden die de legerorders kon vervullen en Rene Gillet maakte een uitstekende indruk. Het Franse leger en politie plaatsten aanzienlijke bestellingen voor solo- en zijspanmotoren en bleven dit doen tot het uitbreken van de tweede wereldoorlog.
De Rene Gillet V-twins zijn geproduceerd vanaf 1922 tot 1954. De laatste jaren werd bestaande voorraad benut. Vanaf eind 1928 was er naast de 750 cc de 1000 cc (type J) met een 10mm grotere boring en met dezelfde slag. Na 1945 gingen de zaken achteruit. Er kwamen enkele tweetakt modellen op de markt. Het bedrijf werd in 1955 overgenomen door Peugeot en de producte van Rene Gillet motorfietsen stopte in 1958.
Op zoek naar een motor met vier versnellingen.
De Rene Gillet is een motorfiets die ik al lang erg indrukwekkend vind. Ik was begin 2024 op zoek naar een Franse oldtimer motor waarmee ik ook in de bergen zou kunnen rijden. In 2023 in de Vogezen bleek het trekkracht van de 500cc Monet Goyon uit 1928 tegen te vallen. De Monet verloor veel vermogen bij overschakelen van de 2e naar die 3e versnelling. Ik overwoog een Franse 500 kopklepper met vier versnellingen te zoeken. Op internet kwam een Rene Gillet zijklepper voorbij die in Limburg te koop stond. Ik ben die motor gaan bekijken. Het was een mooie motor in originele lak, maar prijs en uitvoering kwamen niet overeen. Onderweg naar huis was het idee om een Rene Gillet te gaan zoeken in mijn hoofd gaan zitten. Toegelaten in de Rene Gillet facebook-groep plaatste ik een bericht dat het een droom van me was om een Rene Gillet te bezitten. Die avond nam een man uit Friesland contact op via messenger. Hij had mijn verhaal gelezen en bezat een Rene Gillet G1waarvan de verkoop werd overwogen. Na wat meer contact leek deze motor precies wat ik zocht. Hij was door de eigenaar technisch in orde gebracht, maar er moest aan het uiterlijk nog wat gedaan worden. Kort daarop reden we naar Leeuwarden om, na het zien en horen van de motor, de verkoop af te ronden.
Technisch in orde.
De Rene Gillet was door de vorige eigenaar technisch in orde gebracht met een uitgebreide revisie van het motorblok en de versnellingsbak. De remmen waren gereviseerd evenals de magneetontsteking. Er waren een aantal bijzondere modificaties doorgevoerd zoals een oliepomp met retourfunctie. Hiervoor was het binnenwerk van een BSA oliepomp gebruikt en het pomphuis was een eigen 3D ontwerp waarbij rekening gehouden is met de oorspronkelijke bevestigingspunten. Hij kan zo terug naar origineel. In de kast met de ketting van magneetontsteking naar motor is onzichtbaar een kettingspanner aangebracht die zorgt dat de motor veel rustiger loopt.
De dynamo was niet aangesloten, De originele gereedschapbakjes ontbraken, maar er zaten twee mooie Guzzi Nato tassen op. Het oorspronkelijk Bernadette zijspan was los verkocht. De motor was zwart gespoten over de rode lak van de vorige (Franse) eigenaar. Er was een dikke ordner met historisch en documentatiemateriaal. Veel geleverd via de Club Franse Motoren. De originele Franse Carte Gris zat er nog bij en de (Franse)kentekenplaat. Daarnaast nog dozen met originele onderdelen en meerdere reserve-onderdelen zoals een volledige versnellingsbak.
Thuis.
Thuis gekomen werd met veel genoegen een eerste rondje gemaakt. Ik besloot eerst het seizoen met de Rene Gillet te gaan rijden en uiterlijk niets eerder te wijzigen dan in de winter. Gedurende het zomerseizoen is er dan ook flink gereden. Verschillende ritten zoals “Where is Anna”, het clubweekend van de Club Franse Motoren en de VMC Vlaanderen oude segmenten toer. Verder zijn vooral veel lokale ritten gemaakt in West Brabant, Zeeland en Belgie. Soms ook naar lokale evenementen. Opgeteld is zo’n 1500 kilometer gereden zonder enige problemen.
Geen oorlogsmotor.
Ik krijg wel eens de vraag of dit een oorlogsmotor is omdat hij van 1940 is. Het verhaal gaat dat Rene Gillet onder de Duitse bezetting niet voor de bezetter wilde produceren. Na de bezetting in juni 1949 van Frankrijk is de productie van Rene Gillet gestopt en pas in 1946 weer opgepakt. De productie van mijn motor is dan ook van begin 1940 vóór de bezetting. (bron: het Rene Gillet boek van Jean Yves Fenautrigues)
De optische restauratie.
Vanaf November 2024 is begonnen met de optische restauratie. Het eerste idee om de zwarte lak weg te polijsten om de onderliggende lak terug te krijgen werd na contact met de Rene Gillet club France verlaten. De kleuren rood bleken niet origineel te zijn. Bij het uit elkaar halen van de motor kwam ook wat blauw naar voor. Na vaststellen dat deze kleur ook niet origineel was, is besloten de motor volledig nieuw in de lak te zetten. Het lakwerk is uitbesteed aan Erik van Total Custom Made in Zevenbergen waarmee ik al eerder heel goede ervaringen heb opgedaan.
Sorteren.
De losse onderdelen zijn met de naam van ieder onderdeel in zakjes bewaard. Ieder gedemonteerd onderdeel is naast de zakjes ook gefotografeerd om later terug te kunnen kijken hoe het gemonteerd zat. Het voordeel van het uit elkaar halen is dat ieder onderdeel nog eens door de handen gaat. Een stuurklem was gebroken en het zadelframe gescheurd. Beide onderdelen zijn gelast en bijgewerkt.
Vernikkelen.
Meerdere onderdelen die eerder zwart gespoten waren besloot ik (weer) te vernikkelen. In 1940 werden onderdelen vaak al verchroomd. Dat was bij deze Rene Gillet ook het geval. Dit model G1 heeft nog steeds het uiterlijk zoals die in 1928 het jaar waarin dit model op de markt kwam. Ik vind nikkel veel mooier dan chrome, Nikkel heeft een meer gelige glans dan het harde blauwe van chrome. Daarnaast is vernikkelen ook goed zelf te doen. Grote onderdelen vernikkelen wilde ik uitbesteden en kleine zoals boutjes, moeren en kleine onderdelen zelf doen. Naast het kostenaspect vermindert het risico van onderdelen bij de chromer kwijt raken. Het was heel wat werk om de veren van de voorvork aan de binnenzijde ook goed voor te bewerken. Bouten en moeren die niet vernikkeld moesten worden zijn met een metaaloxide bewerkt tegen roest en zwart gemaakt. Het zogenaamde parkeriseren of ook wel bruineren genoemd. Voor meer informatie over zelf vernikkelen kijk dan op mijn pagina zelf vernikkelen.
Opbouwen.
In november kreeg ik het telefoontje van Erik dat het spuitwerk aan de frame-delen klaar was. Er zit een industriële coating op van drie lagen. Het is een zijdeglans lak en niet afgewerkt met een blanke lak. Deze coating blijft enigszins soepel zodat opspattend grind niet direct stukken van de lak afslaat. Nadat alles zo uitgestald ligt blijken het wel heel veel losse onderdelen te zijn.
Stap voor stap wordt telkens een zakje met onderdelen erbij genomen en bezien wat het eerste terug gaat en of er onderdelen zijn die moeten worden gereinigd, gerepareerd of bewerkt zoals vernikkelen of zwarten. Er kruipt naast veel tijd vooral veel werkplezier in. De veren van het zadel worden na reinigen en zwarten terug in het frame gezet.
Tussendoor was door middel van electrolyse de tank ontroest. Op de website van CFM clublid Bram van Damme staat een mooi artikel hoe die electrolyse werkt. Het was voor mij voor het eerst om dit op deze wijze uit te proberen. Het is goed bevallen al vraagt het wel goed beschermen van je tank en geduld. Aan de andere kant is het met de juiste middelen gunstig voor de portemonnee.
Ontchromen.
Op sommige onderdelen die opnieuw vernikkeld moeten worden zitten nog delen chrome. Dat moet er eerst af. Ontchromen kan goed via electrolyse. We gebruiken een beetje hetzelfde proces als bij het ontroesten. In de bak (in dit geval glazen vaas) wordt water gedaan met één derde pak soda. Als anode gebruik ik een koperen plaat op de min en gaat de pluspool op het te ontchromen onderwerp. Bij het aansluiten van de stroom gaat het flink borrelen. Naast dat het chrome er af gaat komen er ook gassen vrij waar je niet met je neus boven moet hangen. Goed ventileren is een must. Het dragen van bescherming zoals rubber handschoenen, een masker en veiligheidsbril is ook zeer verstandig. Je moet zelf even goed in de gaten houden wanneer het chrome er af is. Er zal dan een nikkel laag onderuit komen. Op zich kan een nikkel laag behouden blijven of in ieder geval goed gepolijst. Hier kan een nieuwe nikkel-laag overheen gezet worden. Oneffenheden in het oppervlak zullen in het nikkelresultaat zichtbaar worden. De anode zal waarschijnlijk zwart worden. De vloeistof kan je niet zo maar weggooien. Het bezinksel is chemisch afval en moet ook als zodanig behandeld worden en na afloop naar de milieustraat. Je kan wel je bad voor meerdere objecten gebruiken en zo nodig voor de werking tussendoor wat soda toevoegen.
Vernikkelen twee.
Zoals eerder in het verhaal aangegeven zijn verschillende onderdelen vernikkeld. Sommigen waren stevig aangetast zoals de foto met remhendel laat zien. Daarnaast zaten daar ook chrome resten op. Dit onderdeel is van chrome-resten ontdaan, gestraald met glasparel, geschuurd en gepolijst, gereinigd, flink ontvet via het ultrasoonbad en gëetst voor goede hechting. Daarna is het ruim een uur in het nikkelbad geweest op 1 ampère. Na het nikkelbad is er weer wat gepolijst omdat dit onderdeel glanzend moet zijn. Als glans niet zo belangrijk is maar wel de roestbescherming van het Nikkel zoals bij de stelen van boutjes het geval is dan kan na het glasparelen de bewerking beperkt worden tot borstelen en dan de cyclus van ontvetten en verder.
Deze pagina wordt regelmatig aangevuld.